OVERDENKING 28-03-2023

DE BELOFTEN VAN GOD.

De Bijbel staat vol met de beloften van God. Al op één van de eerste bladzijden van zijn Woord, als Adam en Eva in zonde zijn gevallen,  zegt God tegen de slang :

“En Ik zal vijandschap zetten tussen u en de vrouw, en tussen uw zaad en haar zaad; dit zal u de kop vermorzelen en gij zult het de hiel vermorzelen.”                     ( Genesis 3 : 15 )

Het zaad van de vrouw. Als we in Lucas het geslachtsregister van Jezus bekijken gaat dat terug tot Adam.  Jezus, de zoon van Adam, de zoon van God.  God belooft hier al, dat Jezus zal komen om de kop van de slang te vermorzelen. Halleluja! God doet altijd wat Hij heeft beloofd!

Een bladzijde verder spreekt God tot Kaïn, nadat deze zijn broer heeft gedood.  God vervloekt Kaïn en verdrijft hem van de plek waar hij woonde. Dan begint Kaín te beseffen wat hij heeft gedaan. Hij zegt tegen de Heer : “ Mijn misdaad is te groot om de straf te dragen.” Genesis 4 : 14b-15 “ ieder, die mij aantreft, zal mij doden. Toen zei de Heer tot hem : Geenszins; ieder, die Kaïn doodt, zal zevenvoudig boeten. En de Heer stelde een teken aan Kaïn, dat niemand, die hem zou aantreffen, hem zou verslaan.” Ik vind dit zo bijzonder, zo liefdevol. Ondanks wat Kaïn had gedaan, uit jaloezie zijn broer vermoord, trekt God zijn handen niet van hem af en bewijst hem genade.

Na de zondvloed sluit God een verbond met Noach en belooft hem, dat er nooit meer een zondvloed zal zijn.

Genesis 9 : 11-12 “Ik dan richt mijn verbond met u op, dat er geen zondvloed meer wezen zal, om de aarde te verderven. En God zei : Dit is het teken van het verbond (de regenboog) dat ik geef tussen Mij en u en alle levende wezens, die bij u zijn, voor alle volgende geslachten.”

God heeft een ontmoeting met Abram en doet hem een belofte :

“Ik zal zegenen wie u zegenen en wie u vervloekt zal Ik vervloeken en met u zullen alle geslachten van de aardbodem gezegend worden.” Genesis 12 : 3 

Ook wij mogen delen in de zegen van Abraham !

Verder lezend in het Oude Testament komen we bij de profeet Jesaja. We vinden er vier profetieën over “de knecht des Heren”, over Jezus, die zal komen, zal lijden en sterven om de zonde van de wereld weg te nemen.

Als Jezus gekomen is doet ook Hij weer beloften aan zijn leerlingen. In Mattheús lezen we vier aankondigingen van zijn lijden en sterven, maar ook de belofte, dat Hij op de derde dag zal worden opgewekt. Dat konden ze toen niet begrijpen en het maakte hen alleen maar verdrietig. In het evangelie van Johannes belooft Jezus zijn leerlingen de Trooster.  Johannes 14 : 18-20 “Ik zal u niet als wezen achterlaten, Ik kom tot u. Nog een korte tijd en de wereld ziet Mij niet meer, maar jullie zien Mij, want Ik leef en jullie zullen leven. Te dien dage zullen jullie weten, dat Ik in mijn Vader ben en jullie in Mij en Ik in jullie.” Johannes 14 : 27 “Vrede laat Ik u , mijn vrede geef Ik u ; niet gelijk de wereld die geeft, geef Ik hem u.”

De laatste belofte die Jezus deed was toen Hij aan het kruis hing en één van de moordenaars naast hem vroeg : “Jezus, gedenk mij, wanneer U in uw koninkrijk komt. En Jezus zei tegen hem : Voorwaar, Ik zeg u , heden zult u met Mij in het paradijs zijn.” ( Lucas 23 : 42-43 )

Wist u, dat van al Gods beloften al 80 procent is uitgekomen en wel tot in het kleinste detail, precies zoals het in zijn Woord beschreven staat. Daarom kunnen we er absoluut zeker van zijn, dat alle beloften die nog niet of voor een deel vervuld zijn uit gaan komen!

De beloften die we tot nu toe hebben bekeken zijn onvoorwaardelijk. We vinden in de Bijbel echter ook een aantal beloften, waar voorwaarden aan verbonden zijn.

Ik was aan het lezen in Deuteronomium. Mozes roept keer op keer het volk op om de Heer trouw te dienen en zijn geboden te onderhouden. In Deuteronomium 11 : 20-21 zegt Mozes : “U moet ze (Gods geboden) schrijven op de deurposten van uw huis en aan uw poorten, opdat u en uw kinderen in het land, waarvan de Heer uw vaderen gezworen heeft, dat Hij het hun zou geven, zó lang leeft, als de hemel boven de aarde staat.” Zó lang als de hemel boven de aarde staat, dus tot het einde van de wereld. Dit raakte me zo. Het Israël waarvan God de grenzen had bepaald voor zijn volk is veel groter dan het Israël zoals wij het nu kennen. Hoe geweldig zou het geweest zijn, als deze belofte in vervulling had kunnen gaan!

In Deuteronomium 28 Houdt Mozes het volk zegen en vloek voor. Aan hen de keuze ! Als ze de Heer trouw blijven dienen  en zijn geboden blijven onderhouden, zullen heel veel zegeningen hun deel zijn : geen misgeboorte bij mens en dier, overvloedige oogsten, de Heer zal hun vijanden voor hen verslaan, ze zullen gezegend zijn in alles wat ze ondernemen, de Heer zal hen zegenen in het land, dat Hij hen zal geven. We weten helaas, dat het anders is gelopen. Ze bleven God niet trouw en werden in ballingschap weggevoerd uit het mooie land, dat de Heer hen had gegeven. Maar dan is daar ook weer de belofte van God, gegeven aan de profeet Jeremia, dat het volk na 70 jaar zou mogen terugkeren. Daniël kende dit woord, hij had uit gerekend, dat de 70 jaar bijna voorbij waren en hij gaat in gebed. Hij bidt en smeekt God om vergeving voor zijn volk en herinnert Hem aan zijn belofte. Hoe geweldig is dat! We mogen God altijd herinneren aan wat Hij heeft beloofd in zijn Woord en ook  Daniél krijgt antwoord op zijn gebed.

Ook in het Nieuwe Testament vinden we beloften van Jezus, waaraan voorwaarden verbonden zijn. Johannes 15 : 5 “Ik ben de wijnstok, jullie zijn de ranken. Wie in Mij blijft, zoals Ik in hem, die draagt veel vrucht, want zonder Mij kunt u niets doen.” Willen wij vrucht dragen? Dan moeten we in Jezus blijven!

Johannes 15 : 7  “Indien u in Mij blijft en mijn Woorden in u blijven, vraag wat u maar wilt en het zal u geworden.”

Wat helaas vaak gebeurt, is dat beloften in Gods Woord worden losgekoppeld van de voorwaarde die eraan voorafgaat.

Aan de bekende tekst uit Mattheüs 28  “Ik ben met u al de dagen tot aan de voleinding van de wereld” gaat het zendingsbevel vooraf.  Als we a.s. zondag met een groepje de stad ingaan om te zingen en te getuigen van onze Heer mogen we zeker weten, dat Hij met ons is, want dat heeft Hij beloofd, maar als we ons voor Hem schamen, zal Hij zich ook voor ons schamen en krijgen we straks te horen : “Ik ken jullie niet!”

Ook de bekende belofte uit Filippenzen  4 : 19 “Mijn God zal in al uw behoeften naar zijn rijkdom heerlijk voorzien in Christus Jezus” spreekt Paulus uit, nadat hij de gemeente in Filippi  heeft gedankt voor hun financiële ondersteuning. In tegenstelling tot de gemeentes in Korinthe en Thessalonika heeft Paulus wél geld aangenomen van de Filippenzen. Zij hebben aangevuld wat hem nog ontbrak en daarom is voor hen deze belofte. Als wij de hand op de knip houden en nauwelijks iets willen afstaan voor het werk van de Heer en voor onze broers en zussen in nood kunnen we geen aanspraak maken op deze belofte. Dat gold voor het volk Israël ( Maleachi 3 : 10 “Breng de hele tiende naar de voorraadkamer …”) en dat geldt nog steeds voor ons.

Nog zo’n bekende tekst,

Johannes 7 : 38 “Wie in Mij gelooft, stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien.”

Voor wie is deze belofte?  Voor wie in Mij gelooft. Dat is niet een passief geloven, zo van, ach ja ik geloof het wel hoor, maar een actief geloven, een zeker weten. En het Grieks gebruikt hier een werkwoord, dat een blijvende activiteit aanduidt. Blijven gelove, volharden, standhouden.

Tot slot neem ik u mee naar het laatste boek van de Bijbel, Openbaring. In de hoofdstukken 2 en 3 vinden we de brieven aan de zeven gemeenten. Aan het eind van elke brief staat : Wie overwint, hém zal ik geven… en dan volgen een aantal prachtige beloften. In diezelfde brieven wordt ernstig gewaarschuwd voor een valse leer die de gemeentes binnensluipt. Een leer die verkondigt, dat je best God kan dienen en tegelijk van alles kan genieten, wat de wereld te bieden heeft. Een regelrechte leugen! Jezus zegt zelf, dat niemand twee heren kan dienen. In onze gemeente wordt er gelukkig herhaaldelijk op gewezen, dat we ons helemaal aan de Heer moeten toewijden.

Wie overwint. Jezus is gekomen en heeft satan de kop vermorzeld, hij is een verslagen vijand, daar begonnen we mee. Als wij in Hem blijven en Hem dienen met heel ons hart, heel onze ziel, heel ons verstand en al onze kracht zullen we overwinnen samen met hem en dan zullen al die geweldige beloften straks ons deel worden.

Gods Zegen 

Auguste van Vriesland